Impact op mens en milieu

Onze duurzaamheidsstrategie is erop gericht om in 2030 een klimaatneutrale, circulaire, (bio)diverse en inclusieve organisatie te zijn. Daarbij willen we onze positieve impact op mens en milieu vergroten en tegelijkertijd de negatieve impact van onze bedrijfsvoering minimaliseren. Daarbij is het terugdringen van de impact van onze gasnetverliezen één van de grote uitdagingen. Dit is onderdeel van onze duurzaamheidsstrategie. De focus op deze strategie heeft ook effect op risico's als materiaalschaarste, de gevolgen van klimaatverandering en het nemen van ketenverantwoordelijkheid.

De klimaatverandering die de mens veroorzaakt leidt wereldwijd tot ontwrichting van de natuur en heeft een grote invloed op het leven van miljarden mensen. Zelfs als de opwarming beperkt blijft tot 1,5 graad zijn er talloze ‘verliezen en schadeposten’. Dat concludeert het internationale wetenschappelijke panel IPCC. Het laatste rapport van het Wereld Natuur Fonds – The Living Planet Report 2022 - laat bovendien zien dat de natuur meer dan ooit onder druk staat. De droge zomer van 2022 heeft de urgentie om klimaatverandering en biodiversiteitsverlies tegen te gaan nog eens flink benadrukt. Gemeenten en andere stakeholders hechten dan ook veel waarde aan verduurzaming. Dit vertaalt zich steeds vaker in eisen zoals ecologische inpassing van stations of maatregelen gericht op klimaatadaptatie en de leefbaarheid van de gebouwde omgeving. Stedin ziet dat beleid op klimaatadaptatie en biodiversiteit nodig is om zich voor te bereiden op de effecten van klimaatverandering. Bij Stedin voelen we de urgentie om onze doelstellingen aan te scherpen als onderdeel van de herijking van onze duurzaamheidsstrategie.

Duurzaamheidsstrategie

In 2022 hebben we biodiversiteit toegevoegd als strategisch thema en klimaatadaptatie verder gepositioneerd als onderwerp binnen de organisatie. We verwachten de herijking van onze duurzaamheidsstrategie begin 2023 af te ronden. Deze herijking richt zich op het verder terugbrengen van onze CO2-uitstoot in scope 3 (keten-emissies), het verbeteren van onze circulaire bedrijfsvoering, de vergroening van onze gasnetverliezen, de toevoeging van KPI's op biodiversiteit en klimaatadaptatie en beleid op duurzame nieuwbouw van onze stations en het verder werken aan een diverse en inclusieve organisatie. Onderdeel van de herijking is ook de externe validatie van de duurzaamheidsstrategie door het ‘Science Based Targets Initiative’. Zij zullen beoordelen of Stedin met de herijking handelt in lijn met het ‘max. 1.5 graden opwarmingsscenario'.

KPI's duurzaamheid

We richten ons op de gebieden waarop wij de meeste impact hebben: uitstoot van CO2 en fijnstof, grondstofgebruik en een inclusieve samenleving. De manier waarop Stedin Groep zich inzet voor gelijke kansen en duurzame inzetbaarheid voor iedereen wordt beschreven in het hoofdstuk Goed werkgeverschap.

One Planet KPI's

2019

2020

2021

2022

Target 2023

Reductie CO2-uitstoot, excl. gasnetverliezen

Target

-9%

-18%

-27%

-36%*

-50%

Behaald

-13%

-28%

-45%

-48%**

Vergroening netverliezen elektriciteit Stedin Groep in %

Target

100%

100%

100%

100%

100%

Behaald

100%

100%

100%

100%

Circulariteit van inkoop primaire assets Stedin

Target

n.v.t.

n.v.t.

38%

40%

40%

Behaald

n.v.t.

34%

38%

36%

  1. * Reductietarget ten opzichte van basisjaar 2018
  2. * Zonder gasnetverliezen om een goede vergelijking te hebben. Netbeheerders zijn vanaf 2020 verantwoordelijk voor het verduurzamen van gasnetverliezen. Ten opzichte van 2020 is de CO2-uitstoot inclusief gasnetverliezen gedaald met 27%.

EU Taxonomie

In de paragraaf Financiële, economische activiteiten staat hoeveel van onze activiteiten binnen het door ons duurzaam aangemerkte duurzame deel van de omzet, kapitaaluitgaven en operationele uitgaven daadwerkelijk ecologisch duurzaam zijn conform de EU Taxonomie.

Klimaat

CO2- en fijnstofuitstoot

Voor het monitoren van de CO2-uitstoot hanteert Stedin het Green House Gas (GHG) protocol dat is ingedeeld in drie zogeheten scopes. In het kader hieronder staat een beschrijving van deze scopes, inclusief de onderwerpen die we meenemen in onze interne bedrijfsvoering (daar waar wij invloed op kunnen uitoefenen). Naast CO2 vindt er ook uitstoot plaats van andere broeikasgassen. Deze uitstoot rekenen we terug naar CO2-equivalenten zodat er een integraal overzicht ontstaat van de uitstoot van Stedin Groep. In dit verslag gebruiken we de term 'CO2-uitstoot' voor de verzameling van deze broeikasgassen.

CO2-uitstoot, inclusief vergroening

Resultaten in ton CO2eq*

Scopes volgens GHG protocol

Toelichting

Categorie

Wat valt daar bij Stedin onder

2019

2020

2021

2022

Scope 1: Directe emissies

Emissies van broeikasgassen van eigendommen of door geleasde apparatuur, die het directe gevolg zijn van onze kernactiviteiten.

Energiegebruik

Aardgasgebruik van onze gebouwen

454

453

385

263

Mobiliteit

Ons wagenpark (lease- en bedrijfswagens)

8.856

7.311

6.283

5.620

Netverlies

Netverlies van ons gasnetwerk**

105.008

108.082

102.774

79.281

Overig

Invoeden SF6

178

137

452

727

Scope 2: Indirecte emissies

Alle uitstoot van broeikasgassen bij het opwekken van elektriciteit gebruikt door Stedin, maar opgewekt door derden.

Energiegebruik

Elektriciteits- en warmteverbruik van onze gebouwen

238

1.168

1.201

1.021

Netverlies

Netverlies elektriciteit

433.346

386.456

377.562

329.383

Vergroening netverlies

Netverlies elektriciteit***

-433.167

-385.890

-376.921

-329.383

Scope 3: Keten emissies

Uitstoot broeikasgassen door energie en brandstofgebruik vanuit vervoer, winning, energieproductie (excl. energieopwek) en emissies bij derden die het gevolg zijn van onze kernactiviteiten.

Mobiliteit

Woon-werkverkeer

2.760

1.407

211

669

Mobiliteit

Zakelijke kilometers

659

411

387

388

Overig

Inkoop

191.396

170.129

153.374

159.402

Totaal

309.728

289.664

265.708

247.371

  1. * Het resultaat van de CO2-uitstoot is berekend volgens de meest recente emissiefactoren (2022) uit diverse bronnen.
  2. * De daling van CO2 uitstoot in verband met het netverlies van ons gasnetwerk is in de afgelopen jaren het gevolg van vervanging van brosse leidingen. Daarnaast daalt het afgenomen volume in 2022 en is de omrekenfactor in 2022 lager.
  3. * De CO2-uitstoot gerelateerd aan netverlies elektriciteit is in voorgaande jaren nog niet geheel vergroend. Als gevolg van verdere integratie Enduris en Stedin Groep is vanaf 2022 wel sprake van 100% vergroening van het netverlies elektriciteit.

Toelichting per scope

Scope 1: Vanaf 2020 zijn de netbeheerders verantwoordelijk voor het inkopen van het gasnetverlies en de rapportage van de daaraan gekoppelde CO2-uitstoot. In 2022 zijn de mogelijkheden voor het effectief compenseren van gasnetverliezen in beeld gebracht. In 2023 wordt een besluit genomen over de strategie om deze verliezen te compenseren. Gasnetverlies reduceren we vooral door in ons net de brosse leidingen te vervangen door kunststof leidingen. Hieruit lekt minder gas tijdens transport. De CO2-uitstoot van de bedrijfsvoering van Stedin Groep exclusief gasnetverlies is met 48% afgenomen ten opzichte van het basisjaar 2018. Dat is ruim binnen de door ons gestelde targets (-36%). De meeste schakelinstallaties zijn lekdicht, maar ieder jaar stoten zij een beperkte hoeveelheid SF6 uit. In 2022 heeft Stedin 31 kg SF6 bijgevuld (2021: 19 kg).

Scope 2: Stedin Groep compenseert jaarlijks 100% van de CO2-uitstoot die ontstaat bij de inkoop van ons netverlies elektriciteit. Sinds 2021 kopen we 40% van ons netverlies in via een zogenoemde Power Purchase Agreements: we nemen groene stroom direct af van een duurzame bron, zoals bijvoorbeeld van een wind- of zonnepark. 60% van dit netverlies compenseren we door het inkopen van zogenoemde Garanties van Oorsprong (GvO’s). Stedin streeft naar 80% compensatie van haar netverlies elektriciteit via Power Purchase Agreements in 2030.

Elektriciteitstransport

Netverlies

Netverlies percentage

Afgezet volume

2018

21.330 GWh

1.076 GWh

5,1%

20.254 GWh

2019

21.100 GWh

1.069 GWh

5,1%

20.031 GWh

2020

20.171 GWh

953 GWh

4,7%

19.218 GWh

2021

20.529 GWh

931 GWh

4,5%

19.598 GWh

2022

20.746 GWh

892 GWh

4,3%

19.853 GWh

Scope 3: Wij zetten ons in om de uitstoot van netwerk­com­ponenten waar mogelijk te reduceren. Over woon-werk­verkeer, zakelijke kilometers en het gebruik van openbaar vervoer leest u meer onder het kopje 'Reductie CO2- en fijnstofuitstoot via onze mobiliteit'. De KPI circulair inkopen is gebaseerd op het grondstoffenpaspoort dat wij uitvragen bij inkooptrajecten.

In de 'Aanvullende informatie' staat een overzicht van de CO2-uitstoot van Stedin Groep op de verschillende scopes.

Reductie CO2- en fijnstofuitstoot via onze mobiliteit

Automobiliteit, woon-werkverkeer en zakelijke reizen vormen samen de mobiliteit bij Stedin Groep. Het is ons doel om in 2030 al onze bedrijfsbussen volledig geëlektrificeerd te hebben. Het streven is om in 2023 25% hiervan te hebben gerealiseerd. Hieronder staan onze resultaten op mobiliteit in 2022:

  • 83% van onze 764 personenauto’s is elektrisch (2021: 73%). Een elektrische personenwagen vloot van deze omvang is uitzonderlijk. Door de leveringsproblemen binnen de automobielindustrie is dit percentage lager dan voorzien. Zonder de leveringsproblemen was dit percentage op 91% uitgekomen. De verwachting is dat we dit gedurende 2023 inlopen.

  • Er zijn 210 elektrische bedrijfsvoertuigen besteld, 43 van deze voertuigen zijn in 2022 geleverd. De levering is afhankelijk van de beschikbaarheid van materiaal.

  • Voor grote bedrijfsvoertuigen houden we de markt nauwlettend in de gaten. We laten ons informeren over actuele innovaties om zo vooraan te staan wanneer er passende alternatieven zijn.

  • Met de introductie van de leasefiets binnen Stedin willen we de drempel om over te stappen naar de fiets lager maken en het gebruik ervan stimuleren. Inmiddels maken 122 medewerkers gebruik van de regeling.

In 2022 is mobiliteit centraal georganiseerd binnen Supply Chain Services. Hierdoor kan nog efficiënter gestuurd worden op Stedin's brede mobiliteitsbehoefte en strategische doelen die hieraan gekoppeld zijn.

Op basis van het vervangingsprofiel van onze personenauto’s is het realistisch dat in 2023 100% van de personenauto’s op elektriciteit rijdt. In de categorie kleine en middelgrote bedrijfswagens worden elektrische bussen verder uitgerold en worden geen nieuwe fossiele-brandstofbussen meer aan onze vloot toegevoegd. Wel worden nog fossiele-brandstofbussen ingezet onder korter lopende contracten. De overheid ontwikkelt wetgeving voor 2023 waarbij de registratie van CO2-uitstoot voor bedrijven met meer dan 100 medewerkers verplicht wordt. Deze registratie geldt voor alle vormen van mobiliteit (ook woon-werkverkeer). We onderzoeken hoe we deze registratie efficiënt kunnen inrichten.

Gele kentekens per brandstof

Het gaat hier om bedrijfsauto's (met het Stedin beeldmerk erop) en arbeidsvoorwaardelijke auto's.

Benzine

Diesel

LPG

Hybride

EV

2017

58

244

1

512

38

2018

34

171

0

480

123

2019

26

115

1

417

273

2020

21

60

0

249

485

2021

19

26

0

181

569

2022

19

13

0

138

677

Getankte liters en gebruikte kWh

Het gebruik van fossiele brandstoffen daalt en het elektrisch laden neemt toe. In 2022 hebben we 179.995 liter minder fossiele brandstoffen getankt met onze bedrijfs- en leaseauto's ten opzichte van 2021 (-8%). Het elektrisch laden van onze bedrijfs- en leaseauto's is met 887.816 kWh (33%) toegenomen ten opzichte van vorig jaar.

  1. * De vergelijkende cijfers 2020 en 2021 zijn op basis van hernieuwde calculaties aangepast omdat in eerdere calculaties bepaalde elementen onterecht waren meegenomen.

Grijze kentekens per brandstof

Dit zijn bedrijfsbussen in het klein-, midden- en grootsegment.

Benzine

Diesel

LPG

Hybride

EV

2017

0

1.480

12

1

22

2018

37

1.484

9

0

22

2019

0

1.464

9

1

22

2020

0

1.315

0

23

18

2021

0

1.221

0

43

42

2022

0

1.172

0

49

103

Elektrische bus

Onze monteurs willen graag een hogere, middelgrote elektrische bus. Daarmee kunnen alle benodigde materialen mee, zodat zij hun werkzaamheden goed kunnen uitvoeren. Voor de middelgrote bus was tot nu toe nog geen geschikte elektrische vervoersoplossing. Daarom hebben we bij Stedin in samenwerking met ketenpartners een verhoogde bus laten ontwikkelen en produceren.

Reductie CO2- en fijnstofuitstoot via huisvesting

15% minder energieverbruik

De Europese Commissie is met een plan gekomen om de vraag naar gas te verminderen. De vraag naar gas moet van 1 augustus 2022 tot en met 31 maart 2023 met 15% verminderd worden. Wij hebben ons gasverbruik dit jaar met 43% teruggebracht ten opzichte van het gemiddelde verbruik van de afgelopen 5 jaar. Dit hebben we gedaan door het optimaliseren van onze vastgoedportefeuille en de verduurzaming van onze panden. Simpele kortetermijnmaatregelen kunnen extra besparing opleveren. Zo zetten we de thermostaat in onze panden 2 graden lager en koelen we op warme dagen met 2 graden minder.

​​Duurzame huisvesting

Naast het direct sturen op energieverbruik investeren we in het verduurzamen van onze kantoor- en bedrijfsgebouwen, bijvoorbeeld door het plaatsen van zonnepanelen en het aardgasloos maken van panden. Zo is het kantoor in Goes tijdens de renovatie in 2021 aardgasloos gemaakt.  Naast gasreductie heeft Stedin ook  maatregelen ingezet om het elektriciteitsgebruik te verminderen. Een besparing van bijvoorbeeld 2 graden minder koelen wordt zichtbaar in de komende warme periode. De keerzijde van gasreductie en het effect van onze grootschalige elektrificatie van voertuigen en verwarming van panden, leidt tot een significante stijging van elektriciteitsverbruik van 21%. Een voorbeeld hiervan is dat we inmiddels ruim 200 laadpalen bij onze kantoren hebben. De stijging van het elektriciteitsverbruik proberen we enerzijds zoveel mogelijk duurzaam op te wekken met onze eigen zonnepanelen en anderzijds zoveel mogelijk te dempen door toepassing van energiezuinige oplossingen.  In 2023 gaan we door met het verminderen van ons energieverbruik door onder andere panden gasloos te maken, nog meer zonnepanelen te plaatsen en eventueel door panden af te stoten.

Duurzame koeriersdiensten

In de aanbesteding voor koeriersdiensten zochten we een ‘zo groen mogelijke’ contractant. De uitkomst: een koeriersdienst die enkel gebruik maakt van elektrische voertuigen die de dienst volledig emissievrij uitvoert. Hierdoor gaat deze dienstverlening van volledig ‘fossiel’ naar volledig hernieuwbaar. In het totale plaatje van Stedin’s operatie is dit vrij marginaal. Maar het is een mooi voorbeeld van hoe een groene ambitie, duidelijke uitvraag, en het op positieve wijze benaderen van de markt kan leiden tot (goedkopere!) en duurzamere oplossingen.

Risico’s voor Stedin door klimaatverandering en -adaptatie

Extreme weersomstandigheden met intense buien, afgewisseld met lange periodes van droogte en hoge temperaturen, komen steeds vaker voor en worden ook extremer van aard. Daarnaast neemt de kans op een overstroming toe, als gevolg van de stijgende zeespiegel. Stedin zet zich daarom niet alleen in voor het voorkomen van klimaatverandering, maar bereidt zich ook voor op de risico’s van een veranderend klimaat. Dit noemen we klimaatadaptatie.

Overstromingen en wateroverlast

Het Deltabesluit ruimtelijke adaptatie verplicht beheerders van vitale infrastructuur om onderzoek te doen naar de impact van wateroverlast en overstromingen op het functioneren van de infrastructuur. Wanneer nodig moeten zij passende beheersmaatregelen treffen. De impact van een mogelijke overstroming op het functioneren van de elektriciteitsnetten krijgt de laatste jaren veel aandacht. Het is onderwerp van talrijke casestudies binnen ons verzorgingsgebied. Met geavanceerde rekenmodellen brengen we in kaart welke infrastructuur kan worden getroffen en wat het effect is op de elektriciteitsvoorziening.

We hebben de afgelopen jaren met Netbeheer Nederland onderzoek gedaan naar kwetsbaarheden in onze netten. In samenwerking met de TU Eindhoven hebben we proeven gedaan, waarbij componenten van laag- en middenspanningsnetten onder water werden gezet. Dit leerde ons onder andere dat een laagspanningsinstallatie lang kan blijven functioneren als deze in zoet water is ondergedompeld. In geval van zout water wordt de stroom vrijwel direct onderbroken. Deze inzichten helpen ons om de impact van overstromingsscenario's op onze bedrijfsvoering in kaart te brengen.

Samen met gemeenten, veiligheidsregio’s en grote bedrijven zoals het Havenbedrijf Rotterdam hebben we gebiedsstudies uitgevoerd om de effecten van wateroverlast en overstromingen per gebied te delen en te duiden. Deze gebiedsaanpak is nuttig en nodig omdat de ligging, de verschillen in grondgebruik en de overstromingskansen bepalend zijn voor de effectiviteit van adaptatie-maatregelen. Uit de studies blijkt dat het elektriciteitsnet robuuster is dan vaak wordt gedacht; transport van elektriciteit valt niet direct stil en uitval van elektriciteit blijft veelal beperkt tot het gebied dat daadwerkelijk onder water staat. We zien ook dat het, als gevolg van de relatief lage kans op een overstroming, niet kosteneffectief is om bestaande stations hierop aan te passen. De opgave zit hem dus in het zoeken naar natuurlijke momenten, zoals nieuwbouw en uitbreiding van stations, om deze stations voor de toekomst klimaatbestendig te maken.

Extreme temperaturen

Extreme temperaturen kunnen een nadelig effect hebben op de levensduur van onze infrastructuur. In onze stations kan de temperatuur namelijk oplopen, waardoor installaties de warmte moeilijk kwijt kunnen. Om dit goed te kunnen monitoren hebben we sensoren ontwikkeld. We krijgen hiermee beter inzicht in onder andere temperatuur en luchtvochtigheid in elektriciteitsstations. Met deze informatie nemen we maatregelen om opstellingscondities te verbeteren, zodat de installaties optimaal presteren en de maximale levensduur behouden. We hebben in totaal circa 100 sensoren geplaatst, verspreid over 30 transportstations en enkele middenspanningsstations. We streven ernaar om volgend jaar in alle transportstations de secundaire en telecomruimtes van sensoren te voorzien: totaal ongeveer 600 stuks. Daarnaast wordt bij nieuwbouw extra aandacht besteed aan hitteproblematiek. Denk hierbij aan de isolatie van daken en gevels, betere ventilatie, en de toepassing van een groen dak. In 2021 hebben we als pilot een groen dak aangelegd op het transportstation aan de Benjamin Franklinstraat in Rotterdam. We zien daar nu de resultaten van; sinds de plaatsing van het groene dak en verbetering van de ventilatie zijn er geen kritieke warmtemeldingen meer geweest.

In 2023 zetten we verder in op bouwkundige innovaties en ontwikkelen we beleid om bestaande infrastructuur waar nodig aan te passen en nieuwbouw of uitbreiding van stations zo te ontwikkelen dat klimaatrisico's worden beperkt.

Meer over de fysieke en transitierisico's van klimaatverandering leest u hier.

PV Privé voor medewerkers

Als ambassadeur van de energietransitie is Stedin het PV Privé project gestart voor medewerkers. Onder bepaalde voorwaarden kunnen ze een bedrag tot 5.000 van Stedin lenen om te investeren in de verduurzaming van hun woning. In 2022 hebben 162 medewerkers van Stedin aan dit project meegedaan. Zo zijn er 144 zonnedaken en 18 hybride warmtepompen geplaatst. Hiermee is jaarlijks 285.000 kg CO2-uitstoot vermeden. In totaal is ruim 728 duizend aan deze leningen uitgegeven.

Circulariteit

Omwille van duurzaamheid en het verlengen van de levensduur van onze assets, streven we naar een zo hoog mogelijke mate van circulariteit. We kopen producten in die zo veel mogelijk gerecyclede grondstoffen bevatten, dagen leveranciers uit om producten te leveren aan het eind van de levensduur maximaal te hergebruiken zijn en werken samen met onze afvalverwerkers om producten zo hoogwaardig mogelijk te recyclen.

KPI circulair inkopen en het grondstoffenpaspoort

Sinds 2021 hebben we via het uitvragen van de grond­­stof­­paspoorten goed inzicht in de circulaire prestaties van onze primaire assets zoals transformatoren, kabels, leidingen, buizen, stations en schakelinstallaties. Dit doen we door de data uit de grond­stoffen­pas­poorten te analyseren. Samen met leveranciers werken we eraan om de assets meer circulair te maken.

Het percentage voor circulariteit van inkoop van primaire assets over 2022 bedraagt 36%. Dit percentage is lager dan de target van 40%.

We zijn bezig met een strategische herijking op onze duurzame doelstellingen en de herdefinitie van circulariteit. Na de herziening begin 2023 wordt een nieuwe KPI geformuleerd. Om deze reden wordt er ook geen target afgegeven voor 2023.

Inzetten op circulariteit in aanbestedingen

Onze duurzaamheidsambities spelen een belangrijke rol in aanbestedingen van onze assets. Daarom hebben we samen met CE Delft en andere netbeheerders een CO2 asset-tool ontwikkeld. De tool maakt het mogelijk om voor onze assets de milieu-impact te berekenen. Ook kunnen we de uitkomsten meenemen in de weging van duur­zaamheid in de aanbesteding. Zo krijgen wij een beter beeld van de impact die wij hebben in onze keten, en kunnen wij in samenwerking met leveran­ciers en de sector werken aan verbeteringen.

Uitfaseren SF6 in schakelinstallaties zet door

Het gebruik van het isolatiegas SF6 brengen we steeds verder omlaag in onze schakelinstallaties in ons middenspannings- en transportnet. In 2022 zijn 428 SF6-vrije schakelinstallaties geplaatst (2021: 166). De schakelinstallaties worden geplaatst in ons middenspanningsnet en komen in aanmerking voor subsidie. We starten in 2023 met het plaatsen van 57% van nieuw aanbestede SF6-vrije 24kV schakelinstallaties in onze transport- en verdeelstations. Hiermee voorkomen we een verhoging van de aanwezige SF6 van gemiddeld 7,8 kton CO2-equivalent per jaar. In ons Innovatielab doen we met 2 leveranciers een Proof of Concept om een snellere detectie van lekkages te identificeren. We willen hiermee het SF6-verlies en daarmee de negatieve impact op het milieu beperken. Een aanbesteding van grote schakelinstallaties in transportstations leverde al een leverancier op die SF6-vrije schakelinstallaties levert. De 2e leverancier in deze aanbesteding heeft een circulariteitsscore van 85%. Dit betekent dat nagenoeg de gehele schakelinstallatie uit gerecyclede materialen bestaat en dat de materialen ook weer na gebruik recyclebaar zijn.

Circulariteit bij de vervanging van brosse leidingen

Voor de sanering van de brosse leidingen in ons gasnetwerk gebruiken we een specifiek soort koppelingen. Het vervangen van een tracé in een project duurt meerdere weken, waarbij we iedere keer weer een deel van de brosse leidingen vervangen. De koppelingen worden gebruikt om een overgang te maken van de brosse leiding met de nieuwe leiding totdat alle brosse leidingen zijn vervangen. Deze koppelingen kunnen we een aantal keren inzetten en vervolgens refurbishen. We hebben in 2022 een aanbesteding gedaan waarbij de waardering op hergebruik en refurbishment zwaar mee heeft gewogen in de gunning. Hierdoor hebben we 60% minder koppelingen nodig, wat zorgt voor een verminderde CO2-footprint van bijna 5,5 ton CO2-equivalent. Het refurbishen van deze koppelingen wordt straks door het Service Team Operations uitgevoerd waar jongeren met een arbeidsbeperking werken. Dit succes waarbij duurzaamheid in de aanbesteding centraal stond levert ook een financiële besparing op van tenminste 33% (ongeveer 3 miljoen).

Hergebruik grondstoffen van transformator

Als we een onderdeel niet meer als geheel kunnen inzetten, splitsen we het restmateriaal op een milieuvriendelijke manier en zo veel mogelijk in herbruikbare grondstoffen. Zoals de transformator: deze wordt gesplitst in de grondstoffen koper, staal, aluminium, rubber, RVS, kunststof en olie. Alle grondstoffen bieden we weer aan voor hoogwaardig hergebruik, zodat we er nieuwe transformatoren van kunnen maken. Wanneer onderdelen niet meer hergebruikt kunnen worden, worden deze, net als alle grondstoffen van onze kantoren, opgehaald door afvalverwerker Renewi. Zij zoeken al deze stromen uit en verwerken dit waar mogelijk tot nieuwe grondstoffen of energie. Alleen een klein aantal grondstoffen dat niet door onszelf of Renewi opnieuw gebruikt kan worden, blijft over als afval.

Herinzet

“Herinzet van assets” is een initiatief om bijvoorbeeld leidingen en trafo's op grotere schaal te hergebruiken. De componenten die terugkomen uit het net maken we geschikt voor hergebruik en slaan we op. We nemen ze op in een bestelportal zodat we ze weer kunnen gebruiken. In 2022 hebben we zo'n 150 transformatoren, 5.400 slimme meters, 27 compact stations, een transportstation en een hoogspannings transformator opnieuw ingezet. Met de huidige materiaalschaarste een welkome aanvulling op onze voorraden. Bovendien zorgen we ervoor dat oudere componenten, die niet meer geleverd worden door de fabrikant, toch nog beschikbaar zijn. Tot slot levert het een kostenbesparing op in de vorm van vermeden inkoopkosten. Deze lag in 2022 rond de 2,6 miljoen. We verwachten dat deze de komende jaren kan oplopen tot ruim 5 miljoen per jaar. 

Afval (in kg)

In de tabel geven we de hoeveelheid afval weer van Stedin Groep. Het stijgingspercentage in niet te recyclen materialen betreft asbest. Stedin heeft in Utrecht zowel in 2020, 2021 en 2022 met saneringen te maken gehad waarbij asbest uit de grond werd gehaald en afgevoerd. Dit jaar is er in Utrecht 770.375 kg asbest verwijderd. In de rest van het Stedin verzorgingsgebied, excl. Zeeland is 641.400 kg asbest verwijderd. In Zeeland is 672.620 kg aan asbest verwijderd. Gietijzer maakt een groot deel uit van de materialen die gerecycled worden. Dit komt door het versneld vervangen van onze gietijzeren gasleidingen. We hebben in 2022 2.967.900 kg gietijzer afgevoerd (2021: 2.861.725 kg). Gietijzer wordt altijd gerecycled.

Afval (in kg)

2018*

2019*

2020*

2021**

2022**

Totale hoeveelheid afval

8.588.912

9.576.136

8.885.295

11.424.839

11.024.321

Totale hoeveelheid afval gerecycled

7.755.969

8.623.144

7.710.474

8.636.798

8.209.666

Totale hoeveelheid afval niet-gerecycled

832.943

952.992

1.174.821

2.788.041

2.814.655

% afval niet-gerecycled

10%

10%

13%

24%

26%

Totale hoeveelheid asbest

771.930

718.550

756.645

1.894.085

2.084.395

% aandeel asbest in afval niet-gerecycled

93%

75%

64%

68%

74%

  1. * Stedin Netbeheer
  2. * Stedin Netbeheer + Enduris

Biodiversiteit

Biodiversiteit is de verscheidenheid aan leven in een gebied: planten, dieren en (micro)organismen, die samen een ecosysteem vormen. We zijn als mensen hiervan afhankelijk voor bijvoorbeeld ons voedsel, waterreiniging en -opslag en klimaatregulatie. In een drukbevolkt en bebouwd land als Nederland, staat de biodiversiteit sterk onder druk. Nederland heeft binnen de EU dan ook een van de laagste scores op dit gebied. In december 2022 is een wereldwijde VN-biodiversiteitstop georganiseerd, de COP15, waarbij de deelnemende landen hebben afgesproken om over 7 jaar zeker 30% van het land en water op de aarde te beschermen. Zo hopen ze samen de verdere uitsterving van plant – en diersoorten tegen te gaan.

Ook bij Stedin zetten we ons in om de biodiversiteit te versterken. We krijgen steeds meer inzicht in de kansen om de biodiversiteit te versterken op en rondom onze infrastructuur. Natuurlijke oplossingen kunnen bijdragen aan klimaatadaptatie en het verminderen van hittestress. Tegelijkertijd zien we dat onze omgeving steeds meer eisen stelt aan de vergroening van onze stations en ecologische inpassing steeds vaker onderdeel is van vergunningstrajecten. In 2022 hebben we daarom dit thema prominent opgenomen in onze nieuwe strategie en gaan we samen met andere netwerkbedrijven vanuit het Verbond Brede Welvaart de impact van onze bedrijfsvoering op de biodiversiteit meten en vervolgens bepalen hoe we hierop gaan sturen.

Groene Netten

Groene Netten is een samenwerkingsverband op het gebied van duurzaamheid tussen MVO Nederland en de acht grote infrabeheerders van Nederland waaronder Stedin. Het wetenschappelijk instituut voor de biodiversiteit Naturalis en de Vlinderstichting helpen Groene Netten om inzichtelijk te maken waar de grootste kansen liggen om de biodiversiteit bij onze infrastructuur te verbeteren. De kansen worden in kaart gebracht door informatie vanuit de Groene Netten-partijen slim te combineren met biodiversiteitsdata voor heel Nederland. Hierbij nemen we de biodiversiteit in brede zin mee: we kijken zowel naar bedreigde soorten, vogels en zoogdieren als naar bijen, vlinders, libellen en planten.

In 2022 is de kansenkaart voor de provincie Zuid-Holland gereed gemaakt. Samen met de Groene Netten-partners starten we in 2023 de eerste concrete projecten voor de Ecologische Hoofdinfrastructuur. Zo is voor de aanleg van een transportstation in de Zuidplaspolder, waar Alliander, Stedin en TenneT samen gaan bouwen, een gezamenlijk ontwerp voor biodiversiteit ontwikkeld. Een andere kans om de biodiversiteit te versterken is ecologisch beheer per locatie. Stedin onderzoekt nu samen met Naturalis hoe we de kansen voor ecologisch beheer rondom onze stations kunnen benutten.

Infranatuur maatregelenlijst

Samen met zo’n 40 ecologen en biologen hebben we dit jaar vijftig concrete natuur-inclusieve maatregelen opgesteld voor op en rondom onze infrastructuur. Deze Infranatuur maatregelenlijst kunnen we breed toepassen bij keuzes in aanleg, aanpassing en beheer. Zo versterken we biodiversiteit en dragen we bij aan een gezonde en toekomstbestendige infranatuur.

Aan de slag in de praktijk

Ook in de praktijk versterken we op steeds meer plaatsen de biodiversiteit. Waar mogelijk passen we ecologisch maaibeheer toe, waarbij kruiden en bloemen terugkeren. Ook leggen we steeds meer groene daken aan. Dit jaar zijn we in aan de Gerbrandyweg in Rotterdam begonnen met de bouw van een station dat ecologisch in de omgeving wordt ingepast. In 2022 hebben we het versterken van de biodiversiteit toegevoegd als aanbestedingscriterium, zoals bij de aanbesteding multidisciplinair werken samen met Evides.

Pilot vergroening trafohuisjes

We realiseren ons dat we ook met onze kleine trafohuisjes impact kunnen hebben op de lokale biodiversiteit. In november hebben we een eerste inventarisatie gedaan van mogelijke locaties in Den Haag. Daar gaan we onderzoeken welke inheemse beplanting geschikt is om onze trafohuisjes te voorzien van groene daken en gevels. Op deze manier dragen we ook bij aan klimaatadaptatie.

Impact in de inkoopketen

Stedin Groep draagt haar maatschappelijke verant­woordelijkheid voor duurzaamheid in de keten. Dit doen we door actief te sturen op de ambities rond CO2-uitstoot, grond­stoffen, fijnstof, biodiversiteit en sociale werk­om­standig­heden. Deze verantwoordelijkheid dragen we zowel in onze aanbestedingen als in de samenwerking met leveranciers. De uitgangspunten hiervoor staan beschreven in ons Maatschappelijk Verantwoord Inkoopbeleid (MVI beleid).

Met een inkoopvolume van 962 miljoen in 2022 heeft Stedin Groep een wezenlijke impact. Bijna het volledige inkoopvolume (99%) kopen we in bij leveranciers met een kantoor gevestigd in Nederland. Het andere (zeer kleine) deel van het inkoopvolume komt uit 14 landen uit de Europese Unie, Canada, de Verenigde Staten, Turkije, Noorwegen, het Verenigd Koninkrijk en Zwitserland.

Ketenverantwoordelijkheid

Alle gecontracteerde leveranciers moeten de Stedin Gedragscode voor leveranciers tekenen. Met de ondertekening committeren zij zich aan de uitgangspunten op het gebied van mensenrechten, arbeidsomstandigheden, eerlijk zakendoen (waaronder het voorkomen van fraude en corruptie), veiligheid en integriteit en aan onze doelstellingen op onze duurzaamheidsstrategie. Onze gedragscode is gebaseerd op de richtlijnen van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO), de Universele Verklaring voor de Rechten van de Mens en de arbeidsvoorwaarden en -omstandigheden opgesteld door de International Labor Organisation (ILO). Ook van leveranciers verwachten we dat ze er scherp op letten dat hun toeleveranciers en derden die zij inschakelen, de (inter)nationale wet- en regelgeving en onze gedragscode volgen.

We nemen verantwoordelijkheid voor onze ketenemissies. Denk aan de uitstoot bij onze aannemers of uitstoot die ontstaat bij productie en vervoer van componenten en assets. In onze inkooptrajecten nemen wij onder meer de CO2-voetafdruk, materiaalgebruik en sociale werkomstandigheden mee. Deze zijn de basis voor de selectie van leveranciers. Voor 54% van onze bestedingen hebben we een getekende gedragscode. Bij alle nieuwe aanbestedingen is het tekenen van de gedragscode verplicht. In 2022 hebben er geen zelf-evaluaties en (online)audits plaatsgevonden.

Governance rondom supply chain

De afdeling Supply Chain rapporteert direct aan de RvB. De rapportage is gebaseerd op een KPI dashboard en maan­de­lijkse MT reviews op inzicht en performance. In de maan­delijkse Business Review rapporteert Supply Chain over bijzon­der­heden en afwijkingen. Deze kunnen bijvoorbeeld gaan over voor­raad­posities, beschikbaarheidssignalen uit de markt,  prijsfluctuaties, riskmanagement en potentiële duurzaamheidsrisico’s.

Herstelprocedures

Periodiek vinden er overleggen plaats met belanghebbenden uit de verschillende categorieën (aannemers en diensten, materialen & slimme meters, ict en services). Wanneer nodig starten we herstelprocedures. De gesprekken gaan bijvoorbeeld over materiaalbeschikbaarheid, marktontwikkelingen, tariefstellingen, indexaties en verduurzamingsmogelijkheden. We hebben in 2022 geen herstelprocedures hoeven uitvoeren.

Bedrijfskleding

Dit jaar heeft Stedin een aanbesteding voor bedrijfskleding in de markt gezet. Hierin hebben we eisen gesteld aan duurzaamheid, mensenrechten en arbeidsomstandigheden. Inmiddels is deze aanbesteding gegund aan Heigo. De nieuwe kleding wordt in 2023 geproduceerd.

We werken alleen samen met producenten en leveranciers die zich hebben aangesloten bij de Fair Wear Foundation. Deze bedrijven zetten zich in tegen discriminatie op de werkvloer, kinderarbeid en overmatig overwerk en voor vrije keuze van arbeid, vrijheid van deelname aan vakbonden, een leefbaar loon en veilige en gezonde arbeidsomstandigheden vastgelegd in een wettelijk bepaalde arbeidsovereenkomst. Een Fair Wear team controleert op deze aspecten.

Governance duurzaamheidsbeleid

De raad van bestuur (RvB) is verantwoordelijk voor de ambities en doelstellingen die voor Stedin Groep zijn opgesteld. De RvB heeft de ambities goedgekeurd die richting geven aan het duurzaamheidsbeleid van Stedin Groep op weg naar een klimaatneutrale organisatie in 2030. In 2022 zijn de strategie en de resultaten ook besproken met de raad van commissarissen. Via kwartaalrapportages worden resultaten op de KPI's gerapporteerd aan de RvB en de directeuren van de betrokken bedrijfsonderdelen. Ook wordt elk kwartaal een analyse gemaakt van strategische risico's en kansen waarin het onderwerp duurzaamheid is opgenomen. De strategische risico's 'Te hoge (eigen)milieubelasting' en 'Milieuverontreiniging van de omgeving' komen terug in de tabel 'Strategische risico's en kansen'.

ESG-commissie

Per 1 januari 2023 heeft Stedin een ESG-commissie. Daarmee nemen we de volgende stap op weg naar een ESG-gedreven organisatie en waarborgen we de samenhang in activiteiten die we ondernemen in lijn met onze (duurzaamheids)strategie en de manier waarop we onze stakeholders hierover informeren.

De ESG-commissie adviseert en doet voorstellen aan het MT Strategie op het gebied van strategie, planning en rapportage over duurzaamheidskwesties en treedt op ter ondersteuning van duurzame ontwikkelingen in de gehele waardeketen van de groep. Haar belangrijkste taken omvatten met name het ontwikkelen van:

  • Duurzaamheidsbeleid dat gericht is op de middellange - en lange termijn waardecreatie voor alle belanghebbenden.

  • Richtlijnen, doelstellingen en processen rondom duurzaamheid inclusief de rapportage van bijbehorende (niet)-financiële cijfers.

De commissie komt periodiek samen en bestaat in ieder geval uit de leads op de onderwerpen E, S en G. Zij worden bijgestaan door interne, en eventueel externe, experts op het gebied van rapportage en impact-meten.

In 2023 richt de commissie zich onder andere op de volgende (ESG) onderwerpen:

  • Verder terugdringen van de CO2-uitstoot;

  • Vergroening en natuur-inclusief bouwen;

  • Diversiteit en inclusie;

  • Herinzet en recyclen van materiaal;

  • Het beïnvloeden en controleren van mensenrechten en arbeidsomstandigheden in de keten; en

  • Doorontwikkeling van de EU Taxonomy en implementatie van de Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD) wetgeving.